De synagoge - plaatje

De plaats waar de joden samenkomen om te bidden, of speciale dagen te vieren, heet de synagoge. In het joods ook wel sjoel genoemd. een synagoge is vaak wat sobertjes, aan de buitenkant zie je niet wat er binnen is. Er zijn een paar dingen binnen die belangrijk zijn voor het goed laten verlopen van een dienst, het samenkomen van mensen.

Er is een aantal banken binnen. Meestal van hout, daar blijf je lekker wakker van. In orthodoxe synagogen zijn er aparte banken voor vrouwen en mannen. Dan wordt je niet afgeleid om steeds naar elkaar te kijken. In veel moderne synagogen kunnen vrouwen en mannen naast elkaar zitten en staan de banken ook anders.
De banken zijn gericht naar een lessenaar, een plank waar de thora op gelegd kan worden om uit voor te lezen. Hoewel, lezen. Het lijkt meer op zingen, zo mooi kunnen sommige mensen eruit voorlezen, iemand die dat doet noem je chazzan, een voorzanger. Deze leidt ook de sjoeldienst, of soms doet de rabbijn dat. De rabbijn is de leidende persoon van de sjoel en de mensen die daar komen. Hij leert aan kinderen over het jodendom en alle mensen kunnen bij hem komen voor goede raad.
Het leiden van de dienst gebeurt op een andere plek dan bij de lessenaar, daar mag alleen de heilige Thora voorgelezen worden.

De rabbijn en de chazzan hebben een eigen stoel, die naast de ark staan. De ark is een nis in de muur, bijna altijd naar het oosten. De ark is afgesloten door een mooi (rood) gordijn en vaak ook nog een hek. Want daarachter liggen de belangrijkste stukken van de synagoge, de Thora-rollen. Deze zijn soms al honderden jaren oud. Door ze heel voorzichtig te gebruiken, gaan ze lang mee. Als er toch een rol echt versleten is, wordt deze niet vernietigd, maar begraven.

Zo zie je, veel is er niet nodig om een synagoge te maken, maar joden geloven dan ook dat hun geloof in het lichaam zit, en niet in de bezittingen die iemand heeft.