Als een man op de juiste manier zou leven, hoort hij volgens de regels van
het geloof een aantal dingen in het leven te doen.
Als een jongen negen of tien jaar oud is, ontvangt hij van een priester een
draad, die over de linkerschouder, en onder de rechterschouder gedragen moet
worden. Het is het teken dat de jongen klaar is voor het tweede deel op weg in
het leven.
Dan volgen vier fasen die bekend zijn als de ashrama's. Eerst is er het leven
van de student. Door veel te leren, ontwikkelt de man zich verder. Dan komt
het huwelijksleven, waarin de man trouwt en door hard werken goed zorgt voor het
gezin. Daarna verlaat de man zijn gezin, waarbij de oudste zoon het hoofd wordt.
De man gaat dan verder met het leren en in contact komen met de goden. Als
laatste staat de man zijn bezittingen af en leeft als sadhoe, om zo het leven
volledig aan de goden te wijden.
Niet veel hindoes lukt het tegenwoordig om de regels precies te volgen.